De openbare ruimte (straten, pleinen, parken etc.) kan een belangrijke rol spelen om mensen meer te laten sporten en bewegen, maar we weten nog te weinig over hoe de openbare ruimte daarvoor moet worden ingericht. In dit onderzoek proberen we hier meer over te weten te komen door met meer precieze meetmethoden het beweeggedrag van mensen te onderzoeken. Door deelnemers aan het onderzoek uit te rusten met GPS loggers en beweegmeters (accelerometers) kunnen we exact achterhalen hoeveel mensen bewegen en op welke plaatsen. Zo kunnen we nagaan op welke plekken in bijv. een stad het meest wordt bewogen, in welke straten, pleinen en parken veel wordt bewogen, en welke plekken in die straten, pleinen en parken vooral voor sport en bewegen geschikt zijn. Verder gaan we door gesprekken met de deelnemers na welke zaken in de openbare ruimte (bijv. apparaten, andere mensen, rustmogelijkheden, veiligheid etc.) belangrijk zijn om daar te bewegen en te sporten.
Het onderzoek wordt uitgevoerd onder kinderen in Zuid-Limburg die van de lagere naar de middelbare school gaan. Bij hen gaan we na of het bewegen en sporten in de openbare
ruimte verandert door de overgang naar een andere school. Daarnaast onderzoeken we volwassen tussen de 45 en 65 in Rotterdam en Utrecht, omdat deze groep vaak minder gaat sporten. Bij hen kijken we naar de rol van buurtparken en grotere stedelijke parken voor het sporten en bewegen.
Projectleider: dr.ir. D.F. Ettema (UU)
Mede-aanvragers: dr. C.T.M.C.N. Thijs (Maastricht University), dr. S.P.J. Kremers (Maastricht University)
Uitgelicht:
Artikelen:
- Sportknowhowxl: Inrichting van publieke ruimte stimuleert om meer te bewegen
- Sportknowhowxl: Gecombineerde data brengt beweging kinderen in kaart
- Sport Nieuwsbriefartikel: Bewegen doen we meestal thuis en op het werk
CONSORTIUMPARTNERS: