Foto: Sander Ganzevles
Topprestaties vergen een optimale mix van bijvoorbeeld kracht, technische vaardigheden en fysiologische processen als zuurstofopname. Om per sporter de ideale waarden te bepalen en om daar vervolgens in trainingen naartoe te kunnen werken, moet je meer kunnen meten dan alleen de tijd die het de zwemmer kost om zijn baantjes te trekken.
Projectleider Martin Truijens van de Vrije Universiteit Amsterdam heeft samen met collega’s van de Technische Universiteit Eindhoven gewerkt aan een sensor die ook onder water alle relevante gegevens meet, zodat zwemmers feedback kunnen krijgen over hun prestaties. Truijens: ‘We hebben een bestaand wetenschappelijk model over de vermogensbalans bij sporters vertaald naar de dagelijkse praktijk van het zwemmen. Daardoor weten we welke factoren van belang zijn bij het neerzetten van een optimale prestatie.’
Het gaat daarbij onder andere over beweegfrequentie, hartslag en snelheid. Al die zaken moeten zowel boven als onder water gemeten kunnen worden. Daartoe is een sensor ontwikkeld die via driedimensionale accelerometrie (het meten van versnellingen) de beweging van zwemmers in kaart brengt. ‘Dat is best een puzzel geweest,’ vertelt Truijens, ‘omdat de bestaande techniek onder water niet goed werkt. Je krijgt ruis of er kruipt bijvoorbeeld water tussen de meter en het lichaam van de sporter. Dat hebben we op slimme manieren moeten oplossen.’
Uiteindelijk willen de onderzoekers een soort stoplichtprogramma ontwikkelen. Truijens: ‘Het mooiste zou zijn als we een app hebben waardoor trainer en sporter direct kunnen zien wat er wel of niet goed gaat. Presteert de zwemmer naar zijn of haar ideale waarden, dan brandt het groene licht, is tijdens het zwemmen bijvoorbeeld de hartslag te hoog of de slagfrequentie te laag dan wordt het licht oranje. Bij rood licht gaan er echt te veel zaken mis.’
Om het project te laten slagen werkten de onderzoekers samen met een tweetal bedrijven gespecialiseerd in ergometers en sensortechniek. ‘Die hebben bergen werk verzet. Onze lijntjes met hen waren heel kort,’ vertelt Truijens. Hij verwacht dat de techniek snel zal worden gebruikt in het zwemmen. ‘Trainers staan meestal vooraan om nieuwe kennis uit te proberen. Bovendien, ik ben zelf jarenlang zwemcoach geweest hier in Nederland dus iedereen met wie ik werkte kent dit project.’ En het einddoel voor de zwemmers? ‘Optimaal presteren uiteraard, waardoor ze net die honderdste van een seconde sneller zijn dan hun concurrent.’
- Bekijk ook het project: Statusmonitoring bij topsporters